|
Het gouden tijdperk eindigde door
de komst van de Mongolen in 1235, gevolgd door de zwarte dood en
Timur Lenk die de stad vernietigde in 1386 en de Perzen die Tbilisi
twee keer veroverden in de 1540s. Tbilisi maakte enige culturele
vooruitgang onder de Perzen gedurende de 17de en 18de eeuw en in
1762, toen de Perzische controle wegebte, werd de stad de hoofdstad
van een verenigd oost-Georgie onder koning Erekle II. De
beschermheer van Erekle, Rusland, trok zijn troepen echter terug om
de Turken te gaan bestrijden. Dit liet Agha Mohamed Khan toe om de
laatste en meest vernietigende aanval uit te voeren op Tbilisi in
1795. Zijn leger vermoordde tienduizenden en brandde de stad af tot
op de grond. Maar enkele gebouwen van voor 1795 zijn overgebleven.
Rusland annexeerde Georgie in 1800 en ging verder met het heropbouwen van de stad in een keizerlijke vorm : brede straten en pleinen, bibliotheken, scholen en theaters. Aan het einde van de 19de eeuw had Tbilisi een bevolking van 159 000 inwoners, de meerderheid Russen en Armeniërs.
Het Sovjettijdperk zag een enorme groei en navenante welvaart (de stad overschreed een miljoen inwoners in de jaren 70) en de stad werd een centrum van weerstand tegen het late Sovjetregime. Het parlement van
Georgië verklaarde de onafhankelijkheid van de USSR in 1991.
De volgende jaren waren duister.
De economie ging pijlsnel onderuit en in 1993 moest Georgië plaats zoeken voor
duizenden vluchtelingen uit Abkhazië. Enkele personen werden heel rijk in
de 90s maar de levensstandaard zakte, corruptie en misdaad waren hardnekkig en
frequente stroomstoringen verduisterden de stad.
Tijdens de rozenrevolutie van
November 2003 protesteerden mensenmassa's in de straten van Tbilisi. Ze
braken binnen in het parlement en dreven president Shevarnadze uit.
__________
Waar nu de Metekhi kerk staat
en een standbeeld van koning Vakhtang Gorgasali (zie foto links) uit de jaren 60, was vroeger een
fort dat de brug controleerde. Hier is waar Gorgasali zijn paleis bouwde
toen hij Tbilisi zijn hoofdstad maakte in de 5de eeuw. Koning David de
bouwer had zijn paleis hier en koningin Tamar huwde hier met haar tweede
echtgenoot David Soslam. Het paleis en de kerk werden vernield door de
Mongolen in 1235. Het paleis ging verder door in verschillende incarnaties
tot zijn uiteindelijke vernietiging door de Perzen in 1795.
De kerk die er nu staat is
gebouwd tussen 1278 en 1289 door koning Demetre Tavdadebuli. Er wordt
verondersteld dat het een kopie is van zijn vernielde voorganger.
|
